Nadat Karel Appel, Constant en Corneille elkaar hadden gevonden in Amsterdam, richtten zij op 16 december 1947 Reflex, Experimentele groep Nederland op. De drie bloedbroeders doopten hun handen in de verf en sloten een verbond door deze handen af te drukken op een groot vel papier: een zeldzaam moment van eensgezindheid tussen zeer uiteenlopende karakters.

Hierna volgde nog een tweede oprichting in 1948 met meer kunstenaars en ook dichters. Hiertoe behoorden Constant Nieuwenhuijs, Asger Jorn, Karel Appel, Guillaume Corneille, Eugène Brands, Anton Rooskens, Theo Wolvecamp en Jan Nieuwenhuijs, allen ook lid van de Cobra-beweging en later ook de dichters Gerrit Kouwenaar, Jan Elburg, Bert Schierbeek en Lucebert. Als voorbeeld voor de groep diende de Deense kunstenaarsgroep Høst.

De groep experimenteerde met nieuwe kleuren, vormen, materialen en onderwerpen.

De groep gaf ook een blad uit, Reflex genaamd. Dit werd ook het orgaan van de groep genoemd. De naam Reflex werd hierdoor ook soms gebruikt als naam voor de groep. Het eerste nummer van het blad verscheen in september 1948 en bevatte het manifest over de CoBrA-beweging van de kunstschilder Constant. Het tweede en tevens laatste nummer verscheen in februari 1949.